Werkdruk neemt toe: Spoedeisende Hulp straks zelf aan de beademing

Nergens is de druk op medewerkers zó groot, het werk zó zwaar als op de Spoedeisende Hulp.

Om de haverklap gaat een ander gordijn opzij. Zusters en broeders spoeden zich van kamer naar kamer. Hier een reanimatie, daar een breuk. 28 van die kamers zijn er in Amphia en toch staan patiënten nog te vaak in de rij.

Zwaar
We zijn in Breda, op de grootste Spoedeisende Hulp (SEH) van Nederland. Waar tachtig mensen 24 uur per dag zorgen voor 35.000 patiënten per jaar. ,,Ik heb een fantastische baan. Je zorgt hier nog met je hart voor een ander. Dan wordt iemand met een halfzijdige verlamming binnengebracht en kan ze met onze hulp na een paar uur weer naar huis; daar word ik blij van. Maar het is zwaar. Wij zien dingen waar andere mensen alleen over in de krant lezen, zo heftig.” Inge de Jong is het type ‘niet lullen maar poetsen’. Een vrolijke verschijning, deze 34-jarige Teteringse; getrouwd, drie jonge kinderen. En al twaalf jaar op de Spoedeisende Hulp (SEH). ,,Toen ik nog in opleiding was, liep ik hier al regelmatig naartoe. Ik wilde per se naar deze afdeling.”

De ‘commando’s van het ziekenhuis’, noemen deze verpleegkundigen zichzelf. Zij delen de eerste klap uit. ,,Het is natuurlijk ongelooflijk dankbaar als je iemand weet te redden. Maar dagelijks zijn er ook mensen die we uiteindelijk niet kunnen helpen. Die een reanimatie niet overleven of een dosis te veel genomen hebben.”

Heftig
Manager van de afdeling is Frank Jaspers. Hij maakt zich zorgen om zijn mensen. De 59-jarige Tilburger is ervaringsdeskundige; hij werkte in het Elisabeth Ziekenhuis 23 jaar in zware diensten, kreeg zelf een burn-out. ,,Het is heftig wat we binnenkrijgen. Zelfmoordpoging, ghb-vergiftiging, reanimatie, verkeersslachtoffers, dronken klanten, agressie…”

Jaspers en zijn collega’s in het land constateren dat de SEH op apegapen ligt. Verpleegkundigen kunnen het vele werk nauwelijks aan, de psychosociale druk is enorm en als een collega zich laat overplaatsen of vertrekt, kan maar moeizaam een opvolger gevonden worden. Overal hetzelfde liedje. ,,Ik maak mij zorgen. We laten nu onderzoek doen naar de gezondheid van onze mensen. Maar eigenlijk weten wij het met zijn allen al: je ziet mensen omvallen.”

Nieuwe energie
SEH-verpleegkundige De Jong weet waarom het werk fysiek en emotioneel zwaarder is geworden. Sinds 2015 mogen er geen patiënten zonder verwijzing meer aankloppen. Met een snee in je vinger moet je naar de dokter of huisartsenpost. Dat bespaart de zorgsector kapitalen en het aantal SEH-patiënten is sterk gedaald. ,,Maar de werkdruk is gestegen. Vroeger had je tussendoor ook licht werk. Een kind met een wondje gaf je een pleister en een ballon. Dat gaf lucht, nieuwe energie.”

Nu zitten alle 28 kamers vol groot leed. ,,Er zijn geen verzorgingshuizen meer. Mensen wonen tot hogere leeftijd thuis, hun kinderen verder weg dan vroeger. Ze zeggen dat het gaat, maar het gaat absoluut niet. En dan komen ze hier. Beroertes, heupfracturen, brandwonden… Meer dan ooit. Alcohol- en ghb-vergiftigingen: idem dito. Ander publiek, meer agressie. Er zijn momenten dat je compleet wordt overlopen. Maar wij gaan maar door, willen niet opgeven en hebben daardoor soms te weinig oog voor de gezondheid van onze eigen mensen.”

Fit
Ten opzichte van patiënten, zegt Inge, kun je het niet maken om te zuchten bij de zoveelste reanimatie. ,,Die móet nu geholpen worden, en goed. Maar die patiënt verdient ook een fitte verpleegkundige. We moeten wat vaker tegen elkaar zeggen: doe jij even wat anders. Wij helpen iedereen, maar zijn er kennelijk niet zo goed in voor elkaar te zorgen.”

Terwijl het Amphia budget moest inleveren omdat op de SEH door de nieuwe regels minder patiënten komen dan vóór 2015, is het personeel alleen maar harder gaan rennen. Leidinggevende Jaspers: ,,Daarom ben ik blij met het onderzoek dat we nu in zeventien ziekenhuizen doen. Mijn gevoel zegt dat koorts heerst. We móeten de temperatuur van onze mensen meten. Die gegevens zullen ons helpen, zorgen dat we meer middelen beschikbaar krijgen.”

Aandacht
Jaspers en De Jong vragen vooral aandacht, betere begeleiding van verpleegkundigen. Af en toe wat anders doen, minder avonddiensten, een cursus om mentaal beter om te kunnen gaan met de spanningen van de SEH. En natuurlijk ook gewoon meer handen aan het Amphia-bed. ,,We hebben jong bloed nodig. Maar ze willen niet, vinden dit werk te zwaar”, constateert Jaspers. De Jong: ,,Zonde. Het is en blijft een geweldige job.”

Bron