Telefonische Nazorg aan ouderen na ontslag op de Spoedeisende Hulp blijkt succesvol

Door Christien van der Linden            Een belangrijk onderdeel van het ontslagbeleid op de Spoedeisende Hulp is het geven van informatie aan patiënten over hun diagnose en behandelplan (1-3). Het is echter niet altijd eenvoudig om die informatie goed over te brengen, omdat er op de SEH onder tijdsdruk wordt gewerkt (4). Bovendien hebben patiënten met een acute ziekte of een acuut probleem vaak last van stress, angst en/of pijn, waardoor het ontvangen en verwerken van nieuwe informatie moeilijk kan zijn. 

Kortom, patiënten begrijpen soms niet goed wat er gebeurd is op de SEH en ontslaginstructies komen niet altijd binnen bij de patiënt (5;6).

Uit onderzoek blijkt dat vooral oudere patiënten met gehoorproblemen, cognitieve problemen, een verminderd gezichtsvermogen en ouderen met een andere culturele achtergrond moeite hebben met de vaak in rap tempo gegeven ontslaginstructies (7;8). Ouderen zijn extra gevoelig voor de consequenties van het niet begrijpen van ontslaginstructies. Door het niet begrijpen van ontslaginstructies lopen zij het risico op ontstaan van functionele achteruitgang, toename van zorggebruik en in het extreme geval zelfs op vroegtijdig overlijden (8;9).

Op de SEH-afdelingen van het Medisch Centrum Haaglanden (MCH) is in september 2013 gestart met telefonische nazorg voor de patiënten van 75 jaar en ouder die vanaf de SEH ontslagen worden naar een zelfstandige thuissituatie. Iedere dag belt één van de verpleegkundig specialisten, SEH-verpleegkundigen of SEH-artsen de patiënten op die de vorige dag ontslagen zijn na een verblijf op de SEH. Vragen die gesteld worden aan de patiënt zijn afhankelijk van de ontslaginstructies die in het digitaal dossier staan en het antwoord van de patiënt op de eerste vraag: “Hoe gaat het nu met u?”. Zo zal bij een patiënt bij wie een medicatievoorschrift gewijzigd is, gevraagd worden of het gelukt is om de nieuwe medicijnen op te halen, terwijl bij een patiënt bij wie gips is aangelegd gevraagd zal worden naar eventuele gipsklachten en problemen met wassen en/of aankleden. Bij alle telefonisch bereikte patiënten wordt vervolgens gehandeld volgens het nazorgprotocol waarbij de mogelijke acties zijn gecategoriseerd in “ontslaginstructies telefonisch herhaald”, “patiënt retour laten komen op polikliniek”, “huisarts gebeld”, “mantelzorger / bekende thuiszorg gebeld”, “patiënt retour laten komen op SEH”, “recept naar apotheek gefaxt, medicijn wordt bezorgd”, en “acute thuiszorg ingeschakeld”. Daarnaast is er de mogelijkheid om “geen actie nodig” aan te vinken. Het is ook mogelijk om meerdere opties aan te vinken: de nazorg kan bijvoorbeeld zowel bestaan uit het herhalen of verduidelijken van de ontslaginstructies als uit het bellen van de huisarts. De antwoorden op de vragen en de actie die gedaan wordt n.a.v. het gesprek worden gedocumenteerd in het digitale patiëntendossier door degene die het nazorggesprek uitvoert.

Het nazorgproject is in eerste instantie gestart voor patiënten van 75 jaar en ouder die met ontslag gaan naar een zelfstandige thuissituatie. Al snel bleek het verplegend en medisch personeel bij patiënten die jonger zijn deze service te missen, omdat er soms, terwijl er geen ‘harde’ opname-indicatie is, sprake is van een kwetsbare patiënt waar men zich zorgen over maakt “Zal dat allemaal wel goed gaan thuis nu zij gips heeft gekregen?”. Vrij snel na de start van het project is daarom een ‘aanmeldknop’ ontwikkeld, zodat artsen en verpleegkundigen ook jongere patiënten kunnen aanmelden voor telefonische nazorg. Met de telefonische nazorg hopen wij in beginsel de kwaliteit van zorg voor onze meest kwetsbare patiënten te verbeteren. Daarnaast kunnen wij mogelijk, door onze patiënten te helpen herinneren aan veranderingen in hun medicatiebeleid en andere ontslaginstructies, onnodige retourbezoeken aan de SEH en misschien zelfs ziekenhuisopnames voorkomen. Dit laatste wordt momenteel in een wetenschappelijke studie onderzocht.

In de praktijk is het een kleine moeite (meestal kost het bellen en regelen van eventuele interventies 30-45 minuten per dag per ziekenhuislocatie) tijdens de vaak nog wat rustige uurtjes op de SEH in de ochtend. Het enthousiasme en de dankbaarheid van patiënten die we alsnog kunnen helpen is groot.  Een greep uit de reacties uit de praktijk:

  • Vandaag bleek bij twee patiënten de poli-afspraak niet te zijn doorgekomen.
  • Eén patiënt was nog niet begonnen met de voorgeschreven medicatie (antibiotica en digoxine). Geregeld dat de apotheek de medicijnen gaat thuisbezorgen vandaag en uitleg over belang van het starten met de medicatie (voorkomen van sepsis & ritmestoornissen).
  • Vandaag heb ik bij één patiënt de huisarts gebeld om nog een keer te bellen of langs te gaan, mevr. knapt nog niet op.
  • Vandaag een dame met een onbehandelbare kanker en galstenen, aan de galstenen kan zij niet meer geopereerd worden, nu eigenlijk vooral heel veel last van misselijkheid. Na het telefoontje heb ik overlegd met de SEH-arts, en een recept gefaxt naar de apotheek van de patiënt, wat vandaag nog wordt bezorgd bij de patiënt. Ze is er ontzettend blij mee.
  • Een patiënt heb ik helpen herinneren aan een afspraak maken bij de huisarts voor een bloeddrukcontrole, dat was ze vergeten.
  • Vandaag voor een mevrouw met een humerusfractuur de thuiszorg geregeld, want het lukte haar toch niet om te douchen.

 

Er is eerst een pilot gedaan van juli tot september 2013, daarna is het project definitief gestart, gedurende 1 jaar. Vanwege de gebleken grote behoefte aan een communicatiemoment de dag na een SEH-bezoek, is de telefonische nazorg sinds september 2014  geen project meer en omgezet in structurele zorg.

 

Literatuurlijst

 

(1)    Bulut H, Tanrikulu G, Dal U, Kapucu S. How much do ED patients know about medication prescribed for them on discharge? A pilot study in Turkey. J Emerg Nurs 2013 May;39(3):e27-e32.

(2)    Gignon M, Ammirati C, Mercier R, Detave M. Compliance with emergency department discharge instructions. J Emerg Nurs 2014 Jan;40(1):51-5.

(3)    Taylor DM, Cameron PA. Discharge instructions for emergency department patients: what should we provide? J Accid Emerg Med 2000 Mar;17(2):86-90.

(4)    Engel KG, Buckley BA, Forth VE, McCarthy DM, Ellison EP, Schmidt MJ, Adams JG. Patient Understanding of Emergency Department Discharge Instructions: Where Are Knowledge Deficits Greatest? Acad Emerg Med 2012 Sep;19(9):E1035-E1044.

(5)    Engel KG, Heisler M, Smith DM, Robinson CH, Forman JH, Ubel PA. Patient comprehension of emergency department care and instructions: are patients aware of when they do not understand? Ann Emerg Med 2009 Apr;53(4):454-61.

(6)    Zavala S, Shaffer C. Do patients understand discharge instructions? J Emerg Nurs 2011 Mar;37(2):138-40.

(7)    Aminzadeh F, Dalziel WB. Older adults in the emergency department: a systematic review of patterns of use, adverse outcomes, and effectiveness of interventions. Ann Emerg Med 2002 Mar;39(3):238-47.

(8)    Hastings SN, Barrett A, Weinberger M, Oddone EZ, Ragsdale L, Hocker M, Schmader KE. Older patients’ understanding of emergency department discharge information and its relationship with adverse outcomes. J Patient Saf 2011 Mar;7(1):19-25.

(9)    Caplan GA, Brown A, Croker WD, Doolan J. Risk of admission within 4 weeks of discharge of elderly patients from the emergency department–the DEED study. Discharge of elderly from emergency department. Age Ageing 1998 Nov;27(6):697-702.