‘Psychische schade verdient meer aandacht op SEH’

Ziekenhuizen moeten meer aandacht besteden aan de psychische schade van mensen die het slachtoffer zijn van een ernstig ongeval of mishandeling. Ongeveer één op de vijf personen die een dergelijke situatie meemaakt, ontwikkelt een psychische stoornis. Dat kunnen angst- en depressieve stoornissen zijn of een vorm van posttraumatische stressstoornis (PTSS).

Dat blijkt uit onderzoek van Joanne Mouthaan, die woensdag promoveert bij het AMC in Amsterdam. Volgens haar moeten ziekenhuizen de aandacht beter vestigen op de geestelijke nasleep van personen die bijvoorbeeld het slachtoffer zijn van een zwaar auto-ongeluk. “Op de spoedeisende hulp registreren artsen het lichamelijk letsel. Op dat moment zou er al gedacht moeten worden aan de geestelijke gesteldheid van patiënten”, oppert Mouthaan.

Nazorg

Mensen met PTSS kunnen niet loskomen van een bepaalde herinnering, dit levert angst en stress op. Ook kunnen zij last hebben van flashbacks en slapeloosheid. Mouthaan: “Met de technologische mogelijkheden die we nu hebben, moet het mogelijk zijn om meer gegevens van slachtoffers te verzamelen, zodat nazorg eerder kan worden georganiseerd. Het zou mooi zijn als hier een landelijk systeem voor wordt bedacht.’’

Uit het onderzoek bleek ook dat vooral slachtoffers met psychische schade baat hebben bij voorlichting via een internetprogramma, dat ze thuis of in het ziekenhuis zelf konden uitvoeren. “Vier op de vijf slachtoffers met psychische klachten herstellen zelf. Wie niet herstelt, kan opgespoord en verder behandeld worden”, aldus Mouthaan.

skipr